Close

Masterproef: vind ik leuk?

Ik heb zonet te horen gekregen dat ik geslaagd ben voor de master in de Bedrijfscommunicatie. Op mijn masterproef behaalde ik een mooie 15/20 en jawel ik ben daar trots op. Toch moet ik eerlijk toegeven dat ‘Oef ik ben er vanaf!’ mijn eerste reactie was. Mijn medestudenten hebben het blijkbaar ook niet zo met het schrijven van een masterproef. Eén bepaald artikel werd namelijk nogal veel geliket. Masterstudente Journalistiek Stéphanie Verzelen pleitte in De Morgen voor het afschaffen van ‘de meesterlijk irrelevante thesis’. Wel, ik ga nu iets zeggen dat waarschijnlijk minder likes zal behalen bij leeftijdsgenoten. Ik vind helemaal niet dat de masterproef afgeschaft moet worden.

Vond ik het schrijven van mijn thesis dan leuk? Neen. Absoluut niet. Het was verdomd hard werken. En vloeken. En wenen. Herbeginnen. En opnieuw wenen. Maar moet alles in het leven altijd leuk zijn? Is het soms niet goed om eens iets te moeten doen dat je anders nooit zou doen? Even door de tranen bijten om uiteindelijk tot een mooi resultaat te komen waar je trots op bent?

Stéphanie vertelt in haar opiniestuk dat ze vooral broodnodige praktijkervaring wil opdoen tijdens haar master Journalistiek. Laten we even het verschil tussen hogeschool en universiteit onder de loep nemen. Een universitaire opleiding is een academische opleiding. Wetenschappelijke kennis en vaardigheden zijn nu eenmaal een essentieel onderdeel van zo’n opleiding. Je kiest er als student dus eigenlijk zelf voor om tijdens je hogere studies met wetenschappelijk onderzoek in aanraking te komen en als sluitstuk van je academische loopbaan ook een eigen onderzoek uit te voeren. Het ontwikkelen van specifieke praktische vaardigheden is dan weer de hoofdtaak van een professionele (het woord zegt het eigenlijk zelf) bachelor. Akkoord, dat besef was er bij mij als 18-jarige totaal niet. En ik geef toe dat ik vakken als statistiek en methoden van het sociaal wetenschappelijk onderzoek haatte. Maar nu vier jaar later ben ik blij dat ik deze opleidingsonderdelen heb gehad. Dus weet waar je aan begint voor je een universitaire opleiding aanvat en weet dat je op een dag een masterproef zal moeten schrijven. Of je het nu leuk vindt of niet.

Daarnaast zegt Stéphanie dat ze tijdens het schrijven van haar thesis enkel nutteloze skills ontwikkelt. Moet alles wat je doet of leert dan resulteren in een bepaalde vaardigheid? En moeten dat dan vaardigheden zijn die je op dagdagelijkse basis kunt gebruiken of slechts enkele keren per jaar? Zullen we dan meteen het volledige middelbare onderwijs met vakken als geschiedenis, aardrijkskunde en zelfs wiskunde (wie gebruikt er dagelijks een cosinus?) maar afschaffen? Wat dan met algemene vorming? Skills zijn belangrijk en het hoger onderwijs moet daar zeker aandacht aan besteden. Maar onderwijs (en vooral universitair onderwijs) heeft nu eenmaal een bredere functie dan puur het focussen op skills.

Via een masterproef leer je kritisch zijn, enquêtes afnemen, interpreteren en statistische analyses uitvoeren. Skills die Stéphanie als nutteloos beschouwt voor een toekomstige journaliste. Ik daag jullie uit om een krant open te slaan, online of offline, en op zoek te gaan naar een artikel dat de resultaten van een onderzoek of enquête behandeld. Je zal niet ver moeten zoeken. Om zo’n artikel te kunnen schrijven moet je de cijfers kunnen interpreteren en bevattelijk kunnen maken voor een breed publiek. Op zo’n moment is het handig als je als journalist het verschil tussen causaliteit en correlatie kent. Een verschil dat trouwens in krantenartikels meermaals door elkaar wordt gehaald. Nutteloze skills? Ik vind van niet.

Ik begrijp Stéphanie haar standpunt zeker. Ze zal de komende vakantie moeten doorbrengen met het schrijven van een thesis met een onderwerp dat – naar eigen zeggen – praktisch niet relevant is en dat nooit de krant zal halen. Zal mijn masterproef de krant halen? Absoluut niet. Is mijn onderwerp praktisch relevant? Zeker wel. Ik heb mijn onderwerp zelf gekozen uit een gegeven lijst, net als Stéphanie waarschijnlijk. Ik vond mijn onderwerp immers interessant genoeg om er een heel jaar lang aan te werken. Maar ik had best mijn eigen onderwerp kunnen voorstellen, een onderwerp dat me passioneert en dat zo praktisch relevant is als ik zelf wil. Dat had zij ook kunnen doen…

ALS, hoe klein de kans ook, men mij op een sollicitatiegesprek zou vragen om iets te vertellen over mijn thesis, dan zal ik dat met veel plezier doen en ik zal hierbij meteen de praktische waarde van mijn resultaten duidelijk maken. Daar heb ik een heel jaar lang voor gewerkt. Met veel trots overigens.

De masterproef afschaffen? Neen. Het systeem van de masterproef herbekijken? Ja! Misschien kan er in studierichtingen als Journalistiek een praktische component aan de thesis verbonden worden? Ik ben in ieder geval benieuwd hoe deze discussie verder gaat.