Close

Focus op je ademhaling?

Ik weet niet zo heel goed hoe ik deze blogpost moet beginnen want het lijkt een relatief banale ontboezeming die ik ga doen. Maar soit. Hier komt het dan: ik kan niet goed tegen het horen of voelen van iemands hartslag. Ook niet die van mezelf. Ik gruwel letterlijk van een hartslag en kan moeilijk focussen op mijn ademhaling.

We peddelen even terug naar de middelbare school waar we voor L.O. onze hartslag in rust moesten meten voor het slapen. Ge weet wel, door met je vinger in je hals te voelen. (Ik heb al moeite met dit neer te pennen). Ik stop dus na twee tellen en vraag ’s morgens aan al mijn vriendinnen hun getal op, om dan zelf iets te nemen dat daartussen ligt. Als we daarna een hartslagmeter om krijgen voor tijdens het lopen geeft die van mij nul aan. Want hij zit eigenlijk veel te los. En dat is misschien een beetje bewust want no way dat ik met een ding ga rondlopen waarvan voortdurend mijn eigen hartslag af te lezen valt. “Die meter zal kapot zijn” besluit de leerkracht. Uhu, dat moet wel ;). (Ik heb trouwens ook nog steeds geen Fitbit of iets dergelijks, want op dat marteltuig wordt je dus CONSTANT geconfronteerd met je eigen HARTSLAG).

Ken je het gevoel dat je zo uitgeput bent van het sporten dat je je eigen hartslag in je keel en oren hoort kloppen? Of dat je met je hoofd op de borstkas van je partner ligt en zijn/haar hartslag hoort? Een zware ademhaling of hartslag in een film of serie? Het zijn één voor één situaties waarin ik me ongemakkelijk voel. Als in: HET MOET NU STOPPEN.

Nog erger vind ik mijn bloeddruk meten, waarbij je hele arm wordt opgepompt, je je eigen hartslag voelt kloppen en dat dat bakske er altijd, maar dan ook altijd (is dat alleen bij mij?) belachelijk lang over doet om een cijfer te geven. Ik ben er zeker van dat mijn bloeddruk net enorm de hoogte ingaat door het nemen ervan. Ik begin letterlijk al te zweten bij het gedacht eraan.

Ik heb duizend keer liever dat ze met een naald in mijn arm steken om bloed te nemen dan dat ze mijn bloeddruk nemen. Allez, mocht ik echt kunnen kiezen hé (tis nu niet dat ik kick op bloed laten trekken, de vorige keer ben ik na drie pogingen van de dokter met telkens een nieuwe naald flauwgevallen—in my defense ik had toen 39 graden koorts).

Bon, misschien verklaart dit heel erg waarom het me precies niet lukt om te starten met mediteren, of waarom ik de ademhalingsoefeningen bij yoga oversla. Zo’n sessie moet altijd per se eerst beginnen met ‘doe je ogen dicht en focus op je ademhaling, voel deze door je lichaam stromen’. Ja daaaag. Oké, ik weet dat het hele mediteren ding net draait om je eigen ademhaling. Jammer, want daardoor is het heel moeilijk om mezelf ervoor open te stellen. Maar als ze te hard focussen op ademhaling word ik nog meer opgefokt dan ik al was, en dat lijkt me net niet de bedoeling.

Begrijp me niet verkeerd: ik zou niets liever willen dan weten hoe ik perfect vanuit mijn buik moet ademhalen en hoe ik mijn hoofd leeg kan krijgen door te mediteren. Maar soms denk ik dat het niet aan mij besteed is. Ooit, zet ik me erover heen. Ooit. Het zit allemaal in mijn hoofd, ik weet het.

Zijn jullie wel normaal of hebben jullie ook zo’n rare angst?

Over mijn angsten en trappen met gaten

Over mijn angsten en trappen met gaten

In een ver ver verleden ergens in 2018 vroeg Evi mij wat mijn grootste angsten zijn. Toevallig eentje waar ik de laatste tijd wel wat mee in mijn hoofd zit. Want ik ben nu veel angstiger dan vroeger als kind of puber. En al mijn angsten kunnen ook geklasseerd worden onder hetzelfde probleem: mijn controledrang.

Ik kan me ontzettend opwinden, zorgen maken of piekeren over zaken die ik niet kan controleren. Beslissingen die door iemand anders worden gemaakt, hoe mensen naar mij of anderen kijken, ziektes en de dood. Op slechte dagen kan dat zelfs het weer zijn. Allemaal zaken die een impact op het leven kunnen hebben, maar waar je zelf geen invloed over hebt. De zelfhulpliteratuur is dan duidelijk: je moet dat loslaten. Maar dat is een pak makkelijker gezegd dan gedaan natuurlijk.

Mijn grootste angst is dus dat mijn geliefden van mij worden weggenomen. Letterlijk door overlijden, maar ook doordat ze mij niet meer graag zien en dus maar uit mijn leven verdwijnen. Dat klinkt heel serieus en dat is het soms ook. Eens ik in een doemdenkspiraal zit is het heel moeilijk om daar meteen weer uit te raken.

Er is dat mooie gezegde dat mensen zich hun leven lang zorgen maken om zaken die nooit gebeuren. En ik probeer dat zo veel mogelijk voor ogen te houden. Ik denk – en hoop – dat ik naarmate ik ouder word ook wel echt beter ga worden in dingen loslaten.

Op een lager niveau heb ik natuurlijk ook wat banale angsten. Ik heb diepte- of valvrees. Niet te verwarren met hoogtevrees. Zet mij op een hoge betonnen toren die stevig staat en ik heb geen bang. Zet mij op een trapladder van ochgot 1,5m en ik schreeuw het uit. Alles wat wiebelt of schommelt, eikes! Met #projecthuis en een hoeveelheid aan stellingen en ladders is dat momenteel geen evidente.

En dan heb je nog trappen waar je kan doorkijken. Meestal zo van die ijzeren treden met gaten in. En als Satan het helemaal op mij gericht heeft dan zijn het ijzeren draaitrappen met gaten, waardoor onder elke trap alleen maar een afgrond te zien is. St-Pauls Cathedral in Londen was de max! Maar daar heb ik het echt bijna uitgeschreeuwd op die laatste draaitrappen. Naar boven lukt dan nog met veel geduld en doorzettingsvermogen. Maar naar beneden, dat is echt de hel.

Oh en glazen liften, of überhaupt liften, daar ben ik niet zo zot van. Ik stap alleen in liften die ik ken, die van het werk of het lief bv. En liften waar ik zeker van ben dat ze stevig zijn of waar snel hulp kan verleend worden bv. een lift in het ziekenhuis. Een glazen lift met dus ook een glazen vloer is met ogen toe naar boven en alleen als het echt niet anders kan. Hoe hard ik trappen ook haat en altijd vuurrood en uitgeput boven kom. Het is soms nog altijd beter dan het risico nemen om vast te zitten in een lift.

Een laatste ding waar ik niet zo zot van ben zijn grote mensenmassa’s. En zeker grote mensenmassa’s die stilstaan als ze eigenlijk vooruit moeten gaan. Om die reden zal ik altijd voor zitplaatsen kiezen op een concert en ga ik amper naar festivals. Ik stap ook niet op een overvolle trein waar mensen Twister op moeten spelen. Ik wacht echt regelmatig op de volgende, tenzij het opnieuw niet anders kan. Ik krijg het dan heel warm en moet mezelf echt tot kalmte aanmanen. Ik ben al een paar keer heel duizelig geworden op een overvolle warme trein, voornamelijk in België, want ja het Belgische treinsysteem zuigt enorm hard. Die ervaringen helpen niet echt om deze angst te relativeren. In de Londense metro heb ik dan weer minder dat benauwend gevoel omdat daar de metro om de twee minuten stopt en ik dus altijd naar buiten kan.

Ik zit, zoals je ondertussen wel door hebt, niet graag vast zonder controle. Haha, altijd die controledrang weer ^^. Ik ben dan wel weer niet iemand die schrik heeft van spinnen of andere vieze beesten zoals slangen ofzo. Ze moeten gewoon niet per se op mij komen zitten weet je wel? Maar ik zal het niet uitroepen als er ineens een spin in de kamer over de vloer loopt. Ik ben vrij zeker dat die mij niet gaat opeten namelijk. En ik heb er ook controle over hoe dicht ik zo’n beest bij mij laat komen ;).

Wat zijn jullie grote of kleine angsten?